Category Archives: Panama

PANAMA: Guna Yala

Foto genomen door Mariska toen de Sunshine (het kleine witte stipje) de baai van Sapzurro binnenvaarde.
De traditie van Nieuwjaarsbrieven is in Nederland verloren gegaan. Deze traditie wil ik overbrengen aan Linde(13j) en Berber(4j). We schrijven, knippen, plakken, tekenen en herhalen steeds weer de teksten.
 

Zaterdag 28 december 2019: vertrek 9h – aankomst 18h
Sapzurro – PANAMA Puerto Escoses: 25NM

Horen we nu brulapen? Dat is wel heel kortbij.
Puerto Obaldia is een grensdorp waar we kunnen inklaren. We ankeren achter de pier.
Het vuilnis aan wal geven geen verwelkomende indruk. Bij immigratie willen ze van alles kopieën en nemen ze vingerafdrukken. Autoridad Maritima de Panama wil ook kopieën en schrijf alles nog eens 5 keer over met carbonpapier ertussen. We betalen 200$ en krijgen de Zapré, de vaarvergunning voor PANAMA. De grenspolitie heeft nog een kopie van de Zapré nodig en neemt foto’s van alles. Om dit alles voor 3 boten te klaren vraagt heel wat tijd. We vertrekken als laatste en traagste. Om tijd te winnen stuurt Fons tussen de rotsen door. We zien 4m onder de kiel, op de kaart staat dat het 16m diep is (dat vertel Fons me pas achteraf). SY Leva Vento ligt er achter zijn anker op ons te wachten. We zijn blij Wagner en Neusa terug te zien. Puerto Escoses is een grote inham, omgeven door groene steile heuvels. De kruinen van palmbomen wuiven boven de mangroven en andere bomen. Schotten hebben in de 17de eeuw geprobeerd er een fort te bouwen. Vissershutten zijn op het water gebouwd. Guna’s komen hier voor een 4 tal dagen om bananen en kokosnoten te halen, te vissen of te jagen. Een ulu (boot gemaakt van een uitgeholde boomstam) komt langs gepeddeld om de ankerfee te innen. Wagner en Neusa hebben, doordat ze de Spaanse taal beheersen, contact met Richard. Hij woont in het volgende dorp en nodigt ons uit om er Nieuwjaar te vieren.
 

Maandag 30 december 2019; vertrek 8h30 – aankomst 11h30
Puerto Escoses – Mulatupu: 10NM

Guna Yala is semiautonoom van Panama en het archipel heeft meer dan 350 eilanden waarvan er een 50tal bewoond zijn. Tussen de eilanden en het vaste land zijn er veel riffen en ondieptes. Het is een uitdagend gebied om te navigeren omdat er weinig goede kaarten beschikbaar zijn. We krijgen de eer om als eerste te vertrekken. SY Leva Vento, SY Zouterik en SY Joy volgen ons kielzog. Ik sta bij het voorste punt om onverwachte ondieptes te spotten. Van ver is een hoge GSM mast te zien, dit hadden we hier niet verwacht. Bij de ingang van Mulatupu zien we de golven breken op 2 riffen, hiertussen is een opening om naar de ankerplek te varen. We betalen de ankerfee 10$ en varen met Wagner en Neusa naar het dorp. Richard is fier zijn winkel, in een stenen gebouw, te laten zien. Naast pover basis etenswaren zijn er sierlijke linten, stikzijde, stoffen en kralen te koop. De Kuna indianen zijn klein (1m50), wonen in hutten van houten stokken, aangestampte aarde en een dak van speciale palmbladeren. Deze constructie, zonder spijkers, is goed voor 15 jaar. In de hutten hangen hangmatten, staan plastieken stoelen. Het eiland is propvol gebouwd. De kleine hokjes boven het water zijn de toiletten.
Grijsbruine hutten zijn zo kort op elkaar gebouwd in een wirwar van kleine straatjes. Voor sommige hutten staat een paal met een zonnepaneel en een enkele keer een satellietschotel. Buiten dat ze een grote kerstboom gebouwd hebben van gerecycleerde bierblikjes is er geen afvalverwerkingprogramma.
Een mooi plaatje: een frêle oud vrouwtje, traditioneel gekleed, belt met een grote roze smartphone. De rok is een zware omslagdoek met een groene of oranje tekening, rond de benen en armen veel kleurrijke kralenkettingen. Op hun hoofd een rode sjaal. Op hun blouse, voor en achter, zijn er de gekende mola’s. Dit is een fijn borduurwerk met verschillende lagen stof. We zien veel vrouwen bezig met dit titanenwerk. De oorringen zijn sierlijk en de oudere vrouwen hebben een gouden neusring. De mannen sieren zich met gouden kettingen. Op de laatste dag van het jaar lunchen we met zijn allen. Rijst of gebakken bananen met vis of kip voor 5$. De happy hour bij sunset, zelfde tijd als oud en nieuw in België, valt in de regen. In de kerkdienst om 19h zijn er evenveel zeilers als lokalen. De kinderen kijken de hele tijd naar de Nederlandse blonde meisjes. De melodie van ‘Oh dennenboom’ is hekenbaar. We zijn uitgenodigd voor het ‘Chicha’ ritueel om 23h in de grote hut. ‘Chicha’ is een gefermenteerde drank van suikerriet, koffiebonen en kruiden. Om beurten huppelen groepjes vrouwen in het rond bij een tipi, roken sigaretten, laten een kreet en drinken in een teug een halve kokosnoot vol ‘chicha’ leeg. Ook wij moeten meedrinken of mogen niet blijven. Om middernacht wensen ze elkaar en ons een “próspero año nuevo”. We zijn verwonderd zoveel omhelzingen te krijgen, omdat normaal Kuna’s geen uiterlijke affectie vertonen. Speelt hier de drank mee? De vrouwen huppelen naar buiten en na een hele tijd komen ze terug met een baby in een bananenblad gewikkeld. Schuddend wordt het omhoog en omlaag gebracht, gevolgd door de hele meute vrouwen. Verschillende smartphones lichten er rond op. Hoe zullen deze snel bewegende beelden eruit zien? Wij mochten geen foto’s nemen. Door de donkere modderige straatjes zoeken we onze weg terug naar de steiger met de dingy.
De eerste dag van het jaar zijn de hemelsluizen geopend. In bijbootje staat zoveel regenwater dat ik er een bad in neem. In de late namiddag klaart het op en houden we een internationale Nieuwjaars drink op de Sunshine.De 2de dag van het jaar hangt op iedere boot wasgoed om te drogen. Dankzij de overvloedige regenval hebben we terug propere kleren.
 

Vrijdag 3 januari 2020; vertrek 12h15 – aankomst 13h20
Malatupu – Isla Pinos: 4NM

Voorzichtig varen we achter elkaar naar het volgend eiland. Van ver ziet Isla Pinos eruit als een walvisrug, daarom noemen de Guna’s het ‘Tupbak’. Wat is het hier paradijselijk mooi.Met zijn allen drinken we een pintje in de strandbar. Zaterdag wordt het internationaal gezelschap versterkt met SY Nepenthe. De Amerikanen, Carol en James zwerven al 20 jaar over de wereldzeeën. De wandeling naar het dorpje is avontuurkijk. Het pad is glibberig. Voorbij het dodendorp kunnen we evenwichtoefeningen doen op een smalle palmboom die over het water ligt.

In het dorp zijn er grasveldjes, staan bananenbomen en vliegen vlinders rond bloemen. In de namiddag is op het strand kapsalon Rita open.
Als diner verrast Zouterik ons op kaasfondue, heerlijk. Samen met Wagner, Neusa, Mariska, Linde en Berber stappen we de volgende dag naar de Noordoostzijde. Hier heeft de oceaan plastiektroep uitgespuwd. Tussen deze troep vinden de kinderogen mooie schelpen.
Maandagmorgen vertrekken we voor een lange wandeling. Fons en Wagner trekken het voortouw. Neusa en ik vinden zoveel schatten in deze ongerepte kust. Er ligt een overvloed aan kokosnoten maar we mogen er geen oprapen. Iedere kokosnoot behoord aan een Kuna en is 40 dollarcent waard. Kokosnoten zijn de hoofdinkomsten van de Kuna indianen. Aan de zuidwest zijde is het moeilijker om het pad te vinden, met zoveel mooie spots. Fons vertelt me later dat hij een groene slang rond zijn been heeft gehad.