“Lomp is een vis maar de kop deugt niet!” Het vertrek op de lente-equinox is in de mist opgegaan. Pas als we vrijdagavond naar SV Delos aan het kijken zijn, waar sprake is van in- en uitklaren, valt onze euro. We zijn niet naar de Maritieme Politie, voor onze bootpapieren, en de immigratie, voor een stempel, geweest. In het weekend zijn ze dicht.
Op Zondag houden we zondag, we gaan eten bij “Club Nautico”, wandelen naar de strandbar en trakteren ons op een ijsje en een mojito.
Wanneer we maandag op de ferry zitten en de felle wind en hoge golven voelen zijn we tevreden dat we nog niet vertrokken zijn.
Een open Aluguer (=openbaar vervoer) met Fons en 2 Franse backpakkers in de laadbak, brengt ons naar boven. Door de nevel is er niets te zien van de met boerderijtjes bezaaid Cova krater. Eerst kronkel het pad naar omhoog. Het begin van de afdaling is moeilijk, door de motregen zijn de kasseien glad. Het uitzicht is in de mist gehuld. Het pad zigzagt langs de steile helling. Bij de boomgrens, vooral eucalyptus, komen de eerste zonnestralen er door en hebben een zicht op de vallei tot aan de oceaan.
Vooral op de terrassen met groenten, zijn er verschillende tinnen groen te zien. Yam en suikerriet staan kort bij de waterkant. Overal zien we papaja en bananenbomen, hier en daar een koffie en kokosnotenboom. Wij beginnen het dalen in ons benen te voelen. Een vrouw op slippers met een bidon van 20 liter water op haar hoofd steekt ons voorbij. “Chapeau!” Het pad wordt iets breder en slingert langs verschillende huisjes.
Langs de hoofdweg heeft een Oostenrijker een zaak waar hij alles uit eigen tuin aanbied. Het is een soort open schuur met winderig mooi zicht op de tuin en omgeving. Als je binnenkomt, staat er een moto met kap eraf en een potje smeerolie ernaast. Op de tafels staan vaasjes met bloemen. In de open keuken koken ze op een schamel gasfornuis, aan de andere kant staan de potjes zelf gemaakt jam en kruikenolie te koop. Boven staat een labiel bed, bereikbaar met een ophaaltrap. Zelfgemaakte kazen zijn uitgestald. Er zijn vele soorten Grogue om te proeven. Op het achterste tafeltje staat een laptop met een verdeelstekker en een lang niet gebruikte broodrooster ervoor. In de hoeken staan gasflessen om te lassen en ondefinieerbare rommel. Een dergelijk allegaartje is moeilijk op foto vast te leggen. Een paar kilometers verder nemen we een Aluguer terug naar de haven en zijn ruim op tijd voor de ferry. Op 10km zijn we ongeveer 1000 meter gedaald en dat laat zich voelen. Het is van La Palma in december geleden dat we nog echt gewandeld hebben. We kreunen we met de Sunshine mee. In de haven van Mindelo is het niet zo rustig liggen, door de deining en felle windstoten, kreunt de Sunshine in haar touwen. Af en toe krijgt ze een ferme snok dat we vrezen voor brekende touwen of uitgetrokken kikkers. De steigers bewegen mee, al dan niet in cadans, als zatlappen lopen we erover.
Met verslagenheid vernemen we het Belgisch nieuws, onze gedachten zijn vooral bij degenen die in Brussel zijn.
Fons verzameld al zijn moed en stap in zijn wetsuit om onder de boot de zinkanodes te inspecteren en gaat de aangroei op de waterlijn te lijf. Niet zo een leuke job als er zoveel wind is.
Goede vrijdag verhindert ons om Pasen op de oceaan te vieren, de Maritieme Politie werkt dan niet.
Paasmaandag: derde keer, goede keer om de grote sprong te wagen?
Eind maart, als wij aan het dobberen zijn op de oceaan, komt het nieuwe “Zilt” magazine nr. 120 online te staan, met een artikel over de Sunshine in Gambia.
http://www.ziltmagazine.nl/index.html
Vrolijk Pasen!
Category Archives: Kaap Verdië
Santo Antão
Vooral de genua terug in de voorstag trekken heeft ons geduld op de proef gesteld en voor de nodige frustratie en ergernis gezorgd.
Op de steiger ontmoeten we Pascal Brosens samen met zijn mooi Kaapverdiaans dochtertje. Zijn ouders zijn voor een dag in Mindelo met een grote cruiseboot.
Santo Antão is het mooiste en groenste eiland van de Kaapverdië. De unieke gelegenheid om het te bezoek, met Pascal als gids, willen we niet aan ons laten voorbij gaan. Maandagmorgen stappen we op de ferry naar “Porto Novo”, waar Pascal al 8 jaar woont. Zijn bijnaam is “Stomperod”. Met behulp van dit drankje, een mengeling van grog en riethoning, heeft hij zich het Creools eigengemaakt. Pascal is van vele markten thuis. Hij is eigenaar van een sportvisboot, bouwheer, landbouwer. Hij rookt vis en geitenkaas en ontvangt gasten. Studenten kunnen op zijn steun rekenen, meer dan een ambassadeur. Hij wil starten met een plantage van Moringa, een heelkrachtige boom.
Via de oude weg met kasseien, aangelegd door gevangenen, verlaten we het havenstadje.
Met de hoogte neemt de kleur groen toe.
De wolken vallen in de krater Cova.
De weg loopt op een heuvelrug van harde lavastroom, aan beide kanten gaat het steil naar beneden. Wandelaars kunnen zich hier uitleven.
Langs de hoofdplaats “Ribreira Grande” rijden we naar het vissersdorpje “Ponta do Sol”. Het is hier een hele kunst om door de grote brekers het haventje binnen te varen.
In een plaatselijke stokerij wordt het suikerriet verpulverd met een molen aangedreven door ossen. Het sap gist in grote vaten en wordt daarna gedestilleerd.
De valleien zijn een groene weelde. In de vallei “Xôxô” wordt in de rivierbedding yam en groenten geteeld.
In de grote vallei “Paul” is er een overvloed aan bananenbomen, papaja, mango, suikerriet, koffie en maniok.
We hebben Sint Antonius gevonden, maar de zon stond aan de verkeerde kant om een mooie foto te maken.
Via de nieuwe weg die langs de ruwe kust loopt rijden we terug naar “Porto Novo”.
Onderweg wordt verschillende keren een lift in de laadbak gegeven aan jong en oud, vissers en boeren. Pascal is bij de plaatselijke bevolking gekend en geliefd, hem kan vooral het vrouwelijk schoon bekoren.
De watermaker is zo goed als geïnstalleerd. De stelschroeven voor de motor zijn aangekomen en worden morgen gemonteerd.
Hopelijk is er eind van de week een goede passaatwind die ons in een 15 tal dagen in “Fernando de Noronha” zal brengen.
Mindelo
Zondag vragen we aan iemand waar we water kunnen krijgen. Als we maandag voormiddag naar strand komen zou hij voor bidons zorgen die we konden vullen. Wanneer Fons naar de prijs vraagt, zegt hij dat hij niet de baas is van het water. ’s Nachts zijn er serieuze windstoten die het bijbootje met het motortje omkiepen. De ganse voormiddag is Fons bezig om het motortje te reanimeren. Dan komt een vissersboot aangewrikt (roeien met één riem) met onze man van gisteren, gevuld met bidons water. We vullen eerst onze tanken en vragen dan pas de prijs. We vragen het verschillende keren, want we verstaan een prijs die veel hoger ligt dan drinkwater in flessen. We hebben ons laten vangen, het is niet de eerste keer en zal ook niet de laatste keer zijn en een reden om de watermaker zo vlug mogelijk te installeren.
Woensdag 2 maart 2016: vertrek 8h30 – aankomst 18h
Sao Nicolau Tarrafal – Sao Vincente Mindelo: 39NM
Als we uit de bescherming van het eiland komen wordt de deining en de golven hoger en kunnen we met een lapje genua ten noorden van de onbewoonde dorre eilanden zeilen. We varen richting west en hebben de hele dag zon in de kuip, dat voelen we ’s avonds aan ons huid.
Mindelo heeft de grootste haven en de enige jachthaven van Kaapverdië. We laten het anker vallen in de havenkom, één nachtje op anker kan er nog bij.
Als we ons gaan aanmelden bij de Maritieme Politie overvalt ons het drukke verkeer.
In Mindelo is de Portugese invloed goed voelbaar, zoals de azulejos, pastel de nata, Mercado Municipal, toren van Belem, Pingo doce, leuke pleinen……
Na bijna 2 maanden achter het anker te liggen, zijn we zo gewoon warm water met het moortje te maken dat we vergeten ook een boiler te hebben.
Na veel zeuren heb ik een wasmachine gekregen!
Wijselijk hebben we toch maar 5 zakken naar de wasserij gebracht, 2 zakken ervan waren niet droog en moeten extra gedroogd worden.
Omdat het zoet water hier schaars is, poetsen we eerst met zoutwater. Ook het staketsel met de zonnepanelen, windmolen, radar en antennes worden zout- en zandvrij gemaakt. De onderkant van onze bimini (zonnescherm) krijgen we niet volledig proper. Het zal ons herinneren aan het zanderige Sal en dat we vlugger de beschermhoes er over zullen trekken.
Het grootzeil en de genua zijn al hersteld; hopelijk loop alles zo voorspoedig. In een windstille periode, deze zijn hier schaars, zetten we de zeilen er terug op.
De grote bus gas is bijgevuld, goed om enkele maanden te koken.
De gevreesde septerpoot staat terug vast. Voor de zeereling is er nog geen oplossing; ze doen hier 4 of 6mm en wij hebben 5mm.
De handleiding van de watermaker is uit de doos gehaald. De motor en de batterijen vragen ook nog een nazicht. Het zou mooi zijn als we het dek en de kuip nog in de wax kunnen zetten en het onderwaterschip aangroei vrij is.
Het regelen van de kleppen in de motor is volgens Fons zijn optimisme binnen een uurtje klaar. Een gebroken stelschroef beslist daar anders over. Als DHL expres goed zijn best doet kunnen we toch binnen een redelijke termijn vertrekken.
De meeste vertrekkers kiezen voor de oversteek naar Suriname of Caraïben. Wij gaan kiezen voor de kortere, van de buik van Afrika naar de buik van Brazilië. Na de zomervakantie in België kunnen we dan nog kiezen of we noord of zuid varen.