Minca

Op SY TRYST, onze overbuurboot, treden Tony en Michelle in het huwelijksbootje. Ze hebben elkaar in het begin van het jaar leren kennen in Trinidad.
Donderdagmorgen stappen we ongeveer 2km via Calle 11 naar de zeer drukke Mercado Publico. Hier kopen we voor 8000 COP (=2,5euro) een busticket naar Minca. 1h later zijn we 15km verder en 650m hoger. 0oit was dit bergdorpje in het tropisch regenwoud van de Sierra Nevada in handen van de guerrilla groep FARC. Nu trekt Minca ieder jaar meer en meer reizigers aan. We kuieren door de straatjes, drinken een smoothie. We zien een belovend affiche van een museum, maar hier zijn ze nog aan het werken. Het Cacaomuseum is één kamer groot en behoord tot een winkel/café. We krijgen heel wat uitleg over het ambachtelijk lokaal bier. Het bier ‘Happy Colibrie’ (Pale-Ale type) is er uitverkocht.
Op aanraden van Mariska logeren we in Finca La Frecuencia. Het ligt 4km van Minca op een hoogte van 740m, alleen bereikbaar met een 4×4, moto of te voet. Achter de geel en zwarte poort moeten we goed springen van de ene op de andere steen willen we niet met natte voeten toekomen.
We worden verwelkom door de hoogzwangere Tala. In hun open huiskamer/keuken krijgen we lunch met zelfgebakken brood. Hier hebben ze nog een voorraad van ‘Happy Colibri’ bier. Onze kamer, een open constructie van bamboe, ligt wat hoger. Van een totale natuurbeleving gesproken! Harmonisch maken de dames het organische diner klaar. Nacir, hun 2jarig zoontje, kent Engels en Spaans en kan goed animeren. We vallen in slaap met de geluiden van de jungle. ’s Morgens zijn de brulapen actief. Na het ontbijt met bananenpannenkoeken stappen we naar de ‘Cascades de Marinkas’, hier zijn 2 watervallen boven elkaar.

Vlinders, groot en kleurrijke, zijn te vlug om op foto vast te leggen. Tropische bloemen zijn er in vele variaties.
Bij het alternatief ‘Casa La Semilla’ drinken we een zelfgemaakte kombucha. Het voetpad wordt steiler. De bomen zijn gigantisch. Het is koffiepluk tijd.Fons is normaal de voortrekker bij het bergop gaan. Nu begin hij achter te blijven, ziet er moe uit, is drijfnat van het zweten en hij heeft honger. Het restaurant ‘7 Pieras’ is gesloten, ze zijn met restauratie werken bezig. De tros bananen die er hangen zijn te groen om te eten. Even verder bij ‘Finca de Gustavo’ ga ik in mijn beste Spaans vragen of we eten kunnen krijgen. Na een uurtje, als al het werkvolk heeft gegeten, krijgen we een bord vol met rijst en bonen en voor Fons een stuk vlees. De huiskamer zet ons, op een klein tv toestel en grote koelkast na, 100 jaar terug in de tijd. Een paar km verder bij ‘Casa Minca’ zijn we terug in de toeristische 21ste eeuw met cola en bier.Bij ‘Los Pinos’ zou je een zicht kunnen hebben op de oceaan en de witte bergen, maar er is mist en maken we deze omweg niet.
Langs een grotere kronkelende weg stappen we terug. Met 14km en 1400hoogtemeter in de benen best een vermoeiende dag.
Zaterdag na het ontbijt stappen we steil omhoog waar ze bezig zijn om een 12 hoekige bamboetempel te bouwen. Het is bijzonder om enkele dagen op deze unieke plek te mogen vertoeven. Nacir wou met ons mee naar Minca stappen.

Cartagena de Indias

Colombia is een republiek van meer dan 1miljoen km² groot, in het noordwesten van Zuid-Amerika, Bogota is de hoofdstad. Het grenst aan de Caribische zee, Venezuela, Brazilië, Peru, Ecuador, Panama en de Grote Oceaan. Het stond lang bekend om het rebellengeweld, maar na 10 jaar onderhandelen is een vredesakkoord bereikt. Het heeft kustvlakten, hoge bergen en weelderige regenwouden. Deze diversiteit maakt Colombia een interessante reisbestemming.

Het Marsol minibus rijdt 4uur over de 240km tot Cartagena. Onderweg zien we wijken met armoedige krotten, een contrast met de torenhoge gebouwen. Cartagena is een belangrijke havenstad in het noordwesten met een historisch centrum. Het busje past net in de smalle drukke straatjes van het oude centrum. De chauffeur krijgt er stress van en dropt ons veel te ver van ons hostel Peregrinos, het ligt in de buurt van de marina ‘Club Nautico’. Hier zien we onze Braziliaanse vrienden Neusa en Wagner terug. Hun zeilboot Leva Vento ligt voor anker in de baai.

Langs de drukke Calle 25 stappen we over de brug en ‘Monumento a los Pegatsos’ terug naar het oude centrum.

Na de toegangspoort, op ‘Plaza de los Choches’ staat het standbeeld ‘Pedro de Heredia’ (Spaanse ontdekker) en is omringd door charmante koloniale gebouwen. Het wemelt er van allerhande verkopers, als je ‘Gracia’ zegt, krijg je een glimlach.

Bij de ‘San Pedro Claver’ krijgt Fons belangstelling van een ‘Palenquera’.

Door een doolhof van vele kleurrijke en vrolijke steegjes komen we bij ‘Simon Bolivar Parque’. Vers cocoswater drinkend luisteren we mee naar een gids die verteld dat Simon Bolivar de vrijheidsstrijder was aan de wieg van de landen Panama, Colombia, Ecuador, Peru, Venezuela (geboren) en Bolivia (naar hem vernoemt).

Woensdag 20 november: de belangrijkste reden om naar hier te komen is om de verjaardag van Neusa te vieren. Vorig jaar hebben we dat gedaan in de jungle van Suriname.

Een zeebries maakt het stappen op de verdedigingswallen dragelijk.

De ijskoffie van Juan Valdez op het ‘Plaza de Las Bovedas’ smaakt naar meer.

Op ‘Plaza de San Diego’ snuiven we de sfeer op.

We zoeken verkoeling in de onlangs geopende shopping mall ‘La Serrezuela’. Een verborgen icoon binnen de ommuurde stad. Architectonisch is het spectaculair, de houtenstructuur van de arena (stierengevechtring) is behouden. De gastronomie is op de bovenste verdieping.

In een straat bekijken we een verkommerd gebouw en eentje met een kunstproject patio.

In ‘Abacus Books and Coffee’ liggen hoge stapels boeken van de bekendste schrijver Gabriel Gracía Márquez.

Donderdag is een nationale stakingsdag en zijn vele museums gesloten. Op ‘Plaza de Santo Domingo’ wandelen we langs beeld ‘Liggend naakt’ van Fernando Botero.

Een vlaggenstraat in de wijk Getsemani leidt ons naar ‘Plaza Trinidad’. Een aangename plaats met minder toeristen.

Voor sundowner met bubbels zijn we uitgenodigd op Leva Vento.

 Vrijdagvoormiddag verwelkomt een trompettist ons in ‘Castillo de San Felipe de Barajas’. Dit reusachtig kasteel diende om de stad langs landzijde te verdedigen. Het werd door slaven vanaf 1536 gebouwd en meermaals uitgebreid. Het heeft een wirwar van tunnels.

Om 15h30 stappen we in het busje. De chauffeurs nemen het niet zo nauw met de verkeersregels. De grote havenstad Barranquilla is een file. Na 21h komen we in Santa Marta toe.

COLOMBIA: Santa Marta.

Vrijdag 8 november 2019: vertrek 12h30 – aankomst 16h50
Curacao Marine – Santa Cruz: 19,5NM

Na de laatste inkopen, halen we eerst een ankervergunning Santa Cruz, voor we naar de immigratie en de douane gaan. We komen nog voorbij een huis met graffiti van Francis Sling.
Peter houdt het kontje van de Sunshine kort bij de steiger, zo kan Fons makkelijker uit de enge box varen. Het rommelig golfpatroon, voorbij de pontjesbrug, maakt, dat alles wat niet goed vast zat, zich in de boot verspreid. Zeilend voor de wind van 20kts hebben we een goede vaart op alleen het voorste zeil.
Enkele dagen achter het anker dobberen in Santa Cruz Curaçao is een verademing. Een briesje en geen muggen! Zaterdagvoormiddag varen we met de dingy 1NM om de ingang van de ‘Blauwe kamer’ (grot) te vinden. Onderwater snorkelen is hier niet zo gemakkelijk als in het zwembad. Het blauw is niet zo blauw als ik had verwacht. De catamaran Lazuli heeft rode canvas. Lien en Gi nodigen ons uit voor een ‘potluck’ samen met Ariane en Michiel van SY JOY. Een gezellige avond. Zondag middag delen Gi en Fons broederlijk een rijkelijke gevulde zeeschotel met frietjes van zoete patatjes bij ‘Let’s go watersports’. De bediening is niet in verhouding met de prijzen. In de namiddag, als de zon hoger staat, toon de ‘Blauwe kamer’ zich in al zijn facetten.

 

Maandag 11 november 2019; vertrek 9h(UTC-4h) – donderdag 14 november; aankomst 9h30 (UTC-5h)
CURACAO Santa Cruz – COLOMBIA Santa Marta: 338NM

Het grootzeil hijsen met de nieuwe battcars met wieltjes gaat vlotter. Lien en Gi wuiven ons uit.
De weersvoorspelling kloppen! De eerste dag rond de 20kts uit het oosten. Als extra hebben we 2kts stroming mee. Onze koers is WNW, om Aruba ten noorden te passeren.
“Zouden we dolfijnen tegenkomen?” “Neen” zegt Fons, “Niet zo ver van de kust”. Een paar uur later zie ik vinnen boven water komen. “Dolfijnen!” Hoe vinden ze dit bootje in het midden van de oceaan? Fons heeft niet graag dat ik naar de punt schuifel, hier kan ik hun schouwspel beter bewonderen. Het is een heel grote groep, ze verdringen elkaar om voor de boot uit te zwemmen.
Het licht van volle maan geeft een schaduw. In de verte zien we het schijnsel van Aruba.
Het tweede etmaal zeilen we meer W en erna WZW, de wind krimpt rond 15kts. Af en toe krijgen we een gekke golf en een keer een breker in de kuip. Juist voor zonsondergang komt er nog een groepje dolfijnen met de Sunshine spelen. ’s Nachts krimpt de wind naar 10kts en passeren we de gevreesde Cabo de la Velo heel rustig. Het derde etmaal is er nog minder wind, het slakkengangetje maakt dat we met daglicht zullen toekomen. Om middernacht komt een onweer met veel wind en bliksemschichten kortbij. Voor de veiligheid laten we het grootzeil zakken. Snel is het onweer verder getrokken en de wind valt helemaal weg. We motoren voorbij de 5 baaien. Onvoorstelbaar, de Colombiaanse hoogste bergen ‘Pico Christobal Colon’ en ‘Pico Simon Bolivar’ met 5775m liggen hier slechts 46 km van de kust. Heel vlug gaat de diepte onderwater naar 1000m. Deze ruige Sierra Nevada is het grootste kustmassief op aarde.
Op het rotseiland ‘Isla El Morro’ prijkt een statige vuurtoren.
In de Marina Santa Marta krijgen we een plaats op het einde van steiger C, kort bij de pilots, toegewezen. Voor een verblijf van 1 maand, is de dagprijs 23$ voor een 38 voet boot (excl. water en elektriciteit). Een aanvaarbare prijs, zeker als ze de agentfee, de immigratie en douane formaliteiten voor je regelen.
De muziek van bar ‘SUNSET’, tot laat in de nacht, kunnen we niet altijd appreciëren.
We komen bekende en minder bekende bootmensen tegen en socialiseren met nieuwe.
Santa Marta is de oudste stad sinds de Spaanse veroveraas. Er zijn rustige en gezellige plaatsen en hectische straten. Van hieruit gaan we het binnenland verkennen.